“Statushouders leren het best op de werkvloer”

Teamleider Marieke verwelkomt vrijwilliger Selam op haar eerste dag
Wennen aan werk. Kennismaken met de zorgsector. Meedoen met de maatschappij. Dat doen statushouders in het samenwerkingsproject van zorginstelling Het Maanderzand en Werkkracht dat 1 juli jl. van start ging. NT2-trainer Woutine van Beek-Kersarlal: ‘Om de stap naar werk te maken is onderdompeling in een realistische werksetting essentieel.’

Hoe gaan de statushouders aan de slag bij Het Maanderzand?
‘Zij gaan in eerste instantie aan de slag als vrijwilliger in de ontmoetingsruimte. Onder leiding van de medewerker Welzijn helpen ze bij het klaarzetten en opruimen van de activiteit, het schenken van koffie en een praatje maken met de bewoners. Ook bij de wandelgroep zijn vrijwilligers aangesloten. Ze maken een rondje door wijk en stoppen halverwege voor een kopje koffie.’

Een laagdrempelige activiteit, dus?
‘Ja en dat past goed bij de behoefte van beide partijen. De vrijwilliger moet goed kunnen leren. Er moet een veilige sfeer zijn waarin mensen mogen ervaren en vragen mogen stellen. En de organisatie moet daarvoor de ruimte hebben. Vaak schuurt het daar. De zorg wíl wel extra mensen opleiden, maar heeft er simpelweg geen tijd en mankracht voor. Juist daarin ondersteunen wij met ons programma waarin we investeren in de vrijwilliger én de organisatie.’

Jullie kijken naar beide partijen, dus?
‘Ja. Van eerdere pilots weten we dat dat cruciaal is. Door bij de start van een traject in beide partijen te investeren, leggen we een bodem voor duurzame samenwerking. Een jobcoach van Werkkracht zorgt ervoor dat vrijwilligers begrijpen wat er gedaan moet worden, werkt indien nodig mee en geeft vooraf kennis mee. Voor Het Maanderzand is het bijvoorbeeld belangrijk dat deelnemers om kunnen gaan met dementerende bewoners. Wij geven vóórdat ze aan de slag gaan workshops in de eigen taal én de Nederlandse taal over dit onderwerp. Ook gaan we in op de omgangsvormen binnen de organisatie. Deze stevige basis ontlast de organisatie op de korte termijn én zorgt voor een fundament om op voort te bouwen als Werkkracht het weer loslaat.’

Taal is een belangrijke component in de pilot. Leer je taal het best op de werkvloer?
De taal leer je het best op de werkvloer. Tijdens je werk word je ondergedompeld in een natuurlijke, talige setting. Om zaken te begrijpen en verder te komen, móet je dan wel met taal bezig zijn. Overigens leren de deelnemers niet alleen taal, maar werken ze ook aan werknemersvaardigheden en leren ze over de Nederlandse waarden en normen en omgangsvormen en arbeidscultuur.’

Kunnen de deelnemers doorstromen naar betaalde baan of een leerwerkplek?
‘Jazeker. Als we zien dat iemand goed functioneert, is dat zeker de insteek.’

Marieke Rodenburg-Schipper
Teamleider vrijwilligers bij Het Maanderzand
‘Regelmatig komen er bij Het Maanderzand aanmeldingen binnen van ‘anderstalige vrijwilligers’. Vrijwilligers die de taal willen leren en die overwegen in de toekomst een opleiding in de zorg te volgen of als vrijwilliger aan de slag willen. Echter: het zorgvuldig begeleiden van anderstalige vrijwilligers is erg intensief, zeker naast de zorg en begeleiding aan onze bewoners met dementie. Tegelijkertijd horen we over een tekort aan zorgpersoneel in de toekomst. Hoe mooi zou het zijn als we toch van het aanbod van deze anderstalige vrijwilligers gebruik kunnen maken en ze kunnen voorbereiden op een toekomst op de arbeidsmarkt, wie weet in de zorg? Dat gaan we ontdekken met deze pilot.’